.
1421 - ITALIA ITALIA SOPRA
TUTTO
.
Italianen
: macaroi’s?
Of zijn
het eerder de mensen die geleerd hebben zich tevreden te stellen met
overschotjes?
.
Hieronder vindt U een
eigenaardige lofzang op het land waar de citroenen groeien, en waar in ‘t
donker loof de goud-oranjen gloeien… Het land en de mensen waar ooit onze
beschaving is begonnen en die door de VRT, omdat het niet socialistisch meer
wordt bestuurd, zoveel mogelijk … Linkx wordt gelaten. Misschien ook vanwege
precies die beschaving, die ze eigenlijk maar niks vinden, in vergelijking met
de wereld van de Koran…. Kortom, over Italië wordt maar bericht, om er iets
negatiefs te belichten. Dezelfde behandeling dus als die die het Vlaams Belang al jaren te beurt
valt.
Ik kan de lofzang van Dirk-Jan van Baar hieronder grosso
modo beamen, want Italië is het land van de tegenstellingen, waar de warme
menselijkheid een grote rol in speelt. Hier is, om maar iets te zeggen, de
regel ‘voorrang van rechts’ geboren,
en zijn voor de veiligheid van voetgangers de
zebrapaden niet eens nodig. Noem het een soort van gemotoriseerde
ridderlijkheid, ja zelfs galanterie jegens de zwakkere weggebruiker.
Waarvoor een doorlopende
witte lijn in het midden van de (overzichtelijke) rijweg dient, mag Joost
weten, maar dat weet geen enkele Italiaan. Zelfs niet de zwarte Fiat
Punto 1121 van de Carabinieri die voor U rijdt… Dat is wel even anders,
als de baan te bochtig wordt : U zou wel
eens een tegenligger kunnen hinderen, en daar staat niet minder dan de
doodstraf op! Een voetganger of een andere weggebruiker hinderen kost 5 van de
10 punten van hun ‘patente’ (rijbewijs) en nadien is het terug examen afleggen,
praktisch, theoretisch maar vooral… lichamelijk. Roken in openbare plaatsen
kost 450 Euro en derhalve is er niet veel discussie.
Italië is anders in zijn
gewone doen, wel het land van de onbaatzuchtige menselijkheid. Met veel gaven
en soms met nog meer fouten. Hoe zou dat anders kunnen, met als bevolking de
nakomelingen van de oude Romeinse patriciërs, en een ander deel zijnde de nakomelingen van hun een beetje van
overal aangevoerde slaven. Zowel de nakomelingen van goede als van slechte
slaven, en van goede als van slechte patriciërs. Maar sopra tutto is Italië een
Christelijk land die als partner van Nazi-Duitsland nooit heeftmeegedaan met de
Joden-vervolging.
Italië is het land waar de
communistische burgemeester de reputatie van de nieuwe Paus van Rome in volle
publiek staat te verdedigen, als ware die de Koning van het Heelal. Op het
podium van de Casa Comunale staan ze beide, de ‘sindaco’ en de Pastoor,
schouder en schouder, maar eenmaal op straat terug met de voeten op de grond,
kunnen ze elkaars bloed wel drinken.
Italië is het land van de
extreme extravagente luxe en het land van de totale ‘misericorde’, waar d’een
zonder woorden d’ander helpt. Italië is het land van de beste medici ter wereld,
van gratis tot onbetaalbaar, afhankelijk van 1.001 toevalligheden, zolang men
maar ver wegblijft van ‘het verpleeg’ zoals wij dat kennen. Hier overleeft de
patiënt door de zorgen van de zijnen. Of bij gebrek daaraan, door de zorgen van
ingehuurde hulpjes. Zo niet moogt U rustig doodvallen.
Allemaal niet erg, als U
het maar weet. En voor ons, buitenlanders, is er nog altijd de retour-vlucht
mogelijk, om in onze luxe-ziekenhuizen te herstellen. Onder de hoede van medici
die o zo dikwijls hun specialisatie in een van de Italiaanse universiteiten
hebben bijgewerkt.
*
Italië is het land waar de
Lynxse intelligentsia erin geslaagd is, de Premier die het land uit het moeras
getrokken heeft, te doen veroordelen, maar die dan, geconfronteerd met Griekse
toestanden, uiteindelijk toch nog probeert de meubelen te redden. Wat de VRT
weer de kans geeft om leugens te vertellen over bijvoorbeeld het afnemen van
‘burgerrechten’, iets dat ze echt graag hadden willen zien gebeuren. Maar
spijtig voor hen, de Italianen doppen liever zelf hun eigen boontjes….
Wat er ook van komt, Il
Cavaliere is een kat met negen levens, die rijk als Cresus was, voor hij in de
politiek stapte. En dat vergeven de VRT en zijn andere vijanden hem nooit.
.
Ter zake :
Het wonder van Italië
Geplaatst door Dirk-Jan van Baar op 1 augustus,
2013 - 20:30
*
Toen ik in 1969 voor het eerst met mijn ouders in
Italië kwam, verbaasde ik me al over de welvaart aldaar. Ik dacht in een arm
land te komen, maar achter de rolluiken en de smalle steegjes ging een rijke
wereld schuil. Niet zo rijk als bij ons (Nederland was in 1969 net als nu zo
ongeveer het rijkste land van Europa), maar de mensen reden er niet op ezels en
hadden alle soorten Fiat uit die tijd (de 128 was net uit), Alfa's, Lancia's en
alle bekende Duitse en Franse merken. Ik moet er wel bij zeggen dat het
Noord-Italië betrof, want wij hielden vakantie aan het Como-meer (in
vakantiepark Sole Mio in Gera Lario: het bestaat nog steeds). Zelfs de
Zwitserse postbus kwam daar op gezette tijden langs, dus de nette
burgerbeschaving die door de regelmaat van de klok wordt geregeerd was nabij.
Toch een geruststelling, want chaotisch vond ik dat Italië als keurig
twaalfjarig jongetje wel. De slagerijen stonken er en op straat rook het naar
eten. Later op de middelbare school hoorde ik pas dat Benito Mussolini, die in het
naburige plaatsje Dongo in april 1945 samen met zijn maitresse Clara Petacci
door partizanen was opgepakt, in Italië de treinen op tijd had laten rijden.
Al deze eerste indrukken gingen vorige week opnieuw
door mij heen toen ik in Apulië was. Dat ligt in de hiel en hak van Italië en
wordt tot de mezzogiorno gerekend. Armoe troef dus. Maar niet in de vier
provincies (Bari, Brindisi, Taranto, Lecce) waar ik ben geweest. Het vliegveld
in Bari was modern, en de (witte) stadjes met de voor de regio kenmerkende
trulli bleken groter, levendiger en welvarender dan ik had gedacht. Vooral het
verkeer was erg druk. Italianen pakken voor alles de auto, lopen doen ze alleen
wanneer er 's avonds met een ijsje geflaneerd moet worden. Het binnenland rond
het schitterende stadje Ostuni waar wij verblijf hielden stond vol met villa's
in de olijfboomgaarden. Ook plaatsen als Cisternino, Locorotondo en Martina
Franca wekten de indruk dat daar het leven goed was. Van de veelbesproken
crisis van Zuid-Europa was hier niks te merken. Die zal er heus wel zijn, want
Italianen zijn meesters in de schone schijn, maar om die op te kunnen houden
moet je wel de middelen hebben. Het Italiaanse leven ligt in Apulië ingebed in
een eigen ritme, waarbij de treinen misschien niet op tijd rijden, maar wel een
voor buitenstaanders ondoorgrondelijk tijdplan aanhouden.
Die onverstoorbaarheid, een diep conservatieve
eigenschap, is tegelijk de kracht en de zwakte van de mezzogiorno en alles wat
zuidelijk is. Zuid-Italië is afhankelijk van Noord-Italië, weet dat ook, en
gedraagt zich ernaar. De mensen laten zich niet gekmaken door de eisen van
buitenaf, en geven blijk van een totale onverschilligheid waar je als
noorderling soms helemaal gek van wordt. Hoewel Apulië niet arm is, zou het een
stuk rijker kunnen zijn als het meer aandacht zou hebben voor de wensen van de
toerist. Een barokstad als Lecce, volgens de reisboekjes de parel van de regio
en 'het Florence van Zuid-Italië', bezoek je niet eventjes, daar moet je heel
veel voor doen. In ons geval gauw een autoreis van anderhalf uur. Maar als je
daar dan in de bloedhitte rond het middaguur aankomt (eerder lukt gewoon niet),
gaat alles dicht. Ook de winkels waar je misschien wat zou willen kopen. De
mensen gaan dan rusten, dus ook het personeel van de talrijke kerken, musea en
andere monumenten waarover de stad beschikt. Hoewel het toch een kleine moeite
is, en heel veel verkoeling brengt, om die open te houden.
Maar zo zit Zuid-Italië niet in elkaar. Waar Ascoli
Piceno, een prachtstad in de noordelijker gelegen Marche, zijn cultuurschatten
tijdens de middaguren openhoudt, volharden ze in Lecce aan hun oude gewoonten.
Misschien ook vanwege een links stadsbestuur, want waar veel Italiaanse
binnensteden in de rest van het land zijn opgeknapt en gerestaureerd, zijn die
werkzaamheden in Lecce nog gaande en zien veel delen er nog uit zoals ik me
Italië herinner uit de jaren zeventig: grauw en vervallen, met veel graffiti en
linkse leuzen (tegen Israël en voor de Palestijnen, die 'bevrijd' moeten
worden). Lecce is een universiteitsstad, met communistische activisten, die op
straat tijdens de vijfurige middagpauze pamfletten uitdeelden. Dat enthousiasme
is er dan weer wel. Wie denkt dat Italianen lui zijn, heeft het mis. Er is veel
inventiviteit en bedrijvigheid, maar niet altijd voor de juiste dingen. En er
is natuurlijk ambtenarij, wat met talloze ondoorgrondelijke regeltjes voor
oponthoud en vertraging zorgt, maar ook voor werkgelegenheid en - opnieuw - een
geheel eigen ritme.
Waar ik als twaalfjarige jongetje uit het rijke
Noord-Europa Italië voor een arm en chaotisch aanzag, ben ik in al die jaren
dat ik sindsdien in Italië ben geweest tot de conclusie gekomen dat al die
ambtenarij en al die onverbiddelijke middagpauzes het land bijeenhouden. Alles
in Italië is strikt gereguleerd en verkaveld, tot het strandleven aan toe.
Zonder die lunchpauzes, die bureaucratie, die wegen vol rondrazend verkeer (op
de weg hebben Italianen haast en moet er altijd worden ingehaald, ook als het
niet kan), die rolluiken in de binnensteden, en die kerken die ook op
onaangekondigde tijden open en dicht kunnen zijn, verliest het Italiaanse leven
zijn structuur. Dat Mussolini de treinen op tijd liet rijden, was misschien
toch niet zo'n historische prestatie als vaak wordt gezegd. Want ook in Italië
regeert de klok, al loopt die anders dan in Zwitserland of bij ons. En
ondertussen moderniseert ook Zuid-Italië op een eigen, onnavolgbare manier.
Buitenstaanders hebben daar geen enkele invloed op.
Elke druk van buitenaf om Italianen tot snelheid en hervormen te prikkelen
werkt averechts. Al die opgeheven vingertjes wekken irritatie en worden
compleet genegeerd. U heeft maar te wachten. Wel mogen noorderlingen de
rekening betalen, want keurig betalen moet je daar natuurlijk wel. En na zo'n
paar dagen Zuid-Italië heb ik daar vrede mee. Want zo was het sinds de
verschuiving van het economische zwaartepunt tijdens de zestiende eeuw van de
Middellandse Zee naar de landen aan de Noordzee, zo was het sinds de eenwording
van Italië in de negentiende eeuw, zo was het in het fascistische Italië van
Mussolini, zo was het in 1969, en zo is het nu nog steeds. Het zou mooi zijn
voor Europa als dit nog tijden zo door kan gaan. Het zou betekenen dat wij
keihard in deeltijd werkende noorderlingen over een halve eeuw nog steeds
stinkend rijk zijn en de op halve kracht werkende zuiderlingen 'arm'. Dit moet
wel een economisch wonder zijn met de zegen van Onze Lieve Heer.
.
Geschreven door AABEE via
Digitalia
…
…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten