woensdag 24 juli 2013

1501 - WAT BEZIELT ROME ?


.

Woensdag 24 juli

Zon 5u58-21u39

Z Kristina, de Wonderbare van Brustem

.

Voor Italië-fanaten is het vandaag vooral de Feestdag van Santa Cristina, de plaatselijke heilige van Bolsena, aan dat wondermooie meer met dezelfde naam. Langs deze weg dus de groeten aan alle Cristina’s of Kristientjes ter wereld, uitzonderlijk aan ‘die van ons’, alhier algemeen bekend als ‘Crstina la Belga’, door mij vrij vertaald als ‘Cristina la Bella’.

 

1501 - WAT BEZIELT ROME ?

.

China, Het Rijk van de Hemelse Vrede, met een beschaving die minstens 3 keer zo oud is als de onze…..

 

Zou dat geen betere optie zijn dan Mohammed? Zelfs voor de Roodhuiden onder ons zou daar muziek in zitten, want de Heiligen Marx en Lenin staan daar voor altijd in Eeuwige Aanbidding.

.

Er zijn, buiten Cristina la Bella, geen zekerheden meer in een mensenleven. Tenzij misschien als uitzondering die de regel bevestigen, alles wat het eigen hart een mens ingeeft.
Vandaag gaat deze lange tekst over ‘de zaakjes’ van de Kerk, waarvan wij in ons land dagelijks op kleineren schaal dezelfde ‘diplomatie’ zien tussen Overheid, Paleis en Mechelen. Dat de fascistische Mussolini op 11/2/1929 met het Verdrag van Lateranen na meer dan 60 jaar vrede sloot met de toenmalige Paus, was voor beide partijen niet alleen zeer eervol, maar vooral zeer praktisch. Door het tot stand komen van de eengemaakte Italiaanse Staat (1870) waardoor de Paus al zijn gebieden was kwijtgeraakt, werd de vete tussen  Kerk en Staat vergeten en kwijtgescholden. Iets wat in de grond Mussolini meest ten goede kwam, want de overwegend katholieke bevolking was namelijk nooit opgezet geweest met de vernedering dir ‘Rome’ had moeten ondergaan.  En in feite werd hierdoor de wereldvrede na Napoleon in Waterloo bezegeld. Maar dat Hitler in 1933 om thans onnaspeurbare redenen van datzelfde Rome met de hoogst mogelijk Pauselijke Onderscheiding, de Christus Orde vereerd werd, zoals we hieronder moeten lezen, is wel degelijk en brug te ver. Christus onderwees ons wel de leer van ‘bemint Uwe vijanden’ maar net als nu met de Islam, wedt de Kerk altijd op het verkeerde paard. Hitler werd een ramp voor de Kerk, net als het communisme, en wat de Islam wordt, laat zich gemakkelijk raden. Omdat het Goede altijd het Kwade overwint. Omdat het molentje van Hierboven traag, maar zeker werkt.
*
Wel, Ma, gij die ongetwijfeld de hemel meer dan verdiend hebt : wart zegt ge nu van die nieuwe God, Allah, die ineens dezelfde blijkt te zijn als de God onze Vaderen, Allah Akbar!, in  wiens naam altijd ergens ter wereld iedere dag honderden misdaden worden gepleegd? Dat is nog eens verschieten , hé!
Een mens zou op den duur bij de Brahmapoutra te biechten gaan!

.

Ter zake :


Slechts op grond van een verbazingwekkende blinde vlek in de kennis, die onder andere hieruit bestaat, dat in het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) de islamitische Allah als identiek met de drie-enige God van de christenheid werd verklaard (“Nostra aetate” en “Lumen gentium), werd de geestelijke voorwaarde geschapen en is het eerst mogelijk geworden dat de islam zich sluipenderwijs onder de dekmantel  van  vreedzaamheid en vredelievendheid in Europa kon vestigen en zich ondertussen ook verregaand politiek kon consolideren.

 

Deze fatale vergissing van het Concilie en als gevolg daarvan de handelwijze van de pausen, zichtbaar geworden in de onderdanigheid bij het kussen van de koran door paus Johannes Paulus II (1920-2005) en in de voortzetting van deze lijn door paus Benedictus XVI (geboren 1927, paus van 2005 tot 28 februari 2013) en zijn opvolger, zal voortaan en uiteindelijk tot de dominantie van de islam in Europa en tot de ondergang van de kerk leiden.

Paus Johannes XXIII (1881-1963), die het Tweede Vaticaans Concilie inspireerde en ertoe opriep, had met betrekking tot Israël kort voor zijn dood, de grote kerkleraar Augustinus daarbij tegensprekende, kennis en inzicht toen hij zei:

“Wij erkennen nu dat vele, vele eeuwen de blindheid van onze ogen ervoor hebben gezorgd dat wij de schoonheid van uw uitverkoren volk niet konden zien en in zijn gezicht niet de trekken van onze eerstgeboren broeder konden herkennen … Vergeef ons de vervloeking, die wij in uw naam (: Jezus Christus) over de Joden uitspraken. Vergeef ons, dat wij u in uw vlees ten tweede male kruisigden. Want wij wisten niet, wat wij deden.”

 

Het Tweede Vaticaanse Concilie had kerkhistorisch de historische opdracht en unieke kans gehad, deze erkenning van paus Johannes XXII op te pakken en tot de oorsprong van de kerk en haar wortels terug te keren, dat wil zeggen, de verloren innerlijke band met het Jodendom weer tot stand te brengen.

 

In plaats daarvan verbond de katholieke kerk zich met de islam en knoopte zij bij de islamitische Allah aan, doordat ze de identiteit van Allah met de God van de christenheid tot verplichte leer verklaarde, wat men slechts als ontsporing, verblinding en dwaling van het millennium kan aanmerken.

 

Deze gelijkstelling heeft een dogmatisch karakter gekregen, daar de katholieke kerk tegelijk vastlegde dat een niet meegaan met de uitspraken van het Concilie als afvalligheid van de leer van de kerk en van de kerk zou worden beschouwd. Ze heeft zich daarmee duurzaam met de machtsfactor “islam” verbonden en zal daardoor radicaal veranderen.

 

Terecht spreekt Dr. Hans-Peter Raddatz van een nieuw ontstane “chrislam”. Ze wordt door deze fundamentele vergissing tot een stijgbeugel voor de machtsontplooiing van de islam, en ze zal in het kader van de machtsgreep van de islam tenslotte door deze verbinding en met haar het christelijke Avondland te gronde gaan. Ongetwijfeld staat dit laatste niet slechts op een tweesprong, maar aan de rand van de afgrond.

 

Men moet bij deze kerkhistorische ontsporing met ernstige gevolgen niet vergeten dat in het verloop van het Concilie de toenmalige kardinaal Karol Wojtyla grote invloed heeft gehad op het accepteren van de betreffende formuleringen en dat hij later als paus in zijn christelijk-islamitische oecumene, die uiteindelijk op de identiteit van Allah en de God van de christenen berust, dit besluit van het Concilie consequent getransponeerd, gerealiseerd en uitgebreid heeft.

 

“De heilswil omvat echter ook diegenen, die de schepper erkennen, onder hen in het bijzonder de moslims, die het geloof in Abraham belijden en met ons de ene God aanbidden, de barmhartige, die de mensen op de Jongste Dag zal oordelen.” (Hoofdstuk 16) Hoe paus Johannes Paulus II gedurende zijn zesentwintigjarige werkzaamheid als paus de besluiten van het Concilie heeft getransponeerd en hoe hij ook nog steeds in zijn openbare uitingen de uitspraken van het Concilie heeft bevestigd, blijkt bijvoorbeeld uit het volgende citaat (‘De dialoog is heden nodiger dan ooit!’ van Mattias Kopp):

 

“Het was vooral de reis van de paus naar Marokko (van 19 tot 20 augustus 1985), met zijn rede voor meer dan 100.000 islamitische jongeren in het stadion van Casablanca, die een historische mijlpaal werd. Herinnerend aan het  erfgoed van de abrahamitische religies benadrukte de paus: “Wij geloven aan dezelfde God, de levende, die de werelden schept en die zijn schepselen naar de voleinding leidt … daarom kom ik vandaag als gelovige tot jullie.”

 

In plaats van een noodzakelijke pauselijke waarschuwing aan alle mensen – ‘urbi et orbi’ – en van een voorlichtende verwijzing voor de christenheid naar het gevaar van de islam met zijn antichristelijke en antidemocratische, met zijn mensverachtende en de mensenrechten kwetsende machtsideologie, kuste Johannes Paulus II demonstratief een groene prachtuitgave van de koran (‘L’Orient et le jour” van 14 mei 1999), qua inhoud het handboek van het islamitische terrorisme van onze dagen, boog hij “in eerbied” voor de massamoordenaar Khomeini, omarmde hij in 1993 de massamoordenaar Turabi, smeekte hij in het “Heilige Jaar” 2000 Johannes de Doper “de islam (niet de moslims!) te behoeden” en spoorde hij na de terreurdaad van 11 september 2001 aan tot “respect voor de ‘authentieke’ (en dat zou moeten betekenen vreedzame) islam”.

 

“Geen paus, geen kardinaal, geen politicus heeft het zo omvattend opgenomen voor de belangen van de islam, van het economisch liberalisme, van de maffia en van de vrijmetselarij als paus Johannes Paulus II, de ´esoterisch geschoolde´.” (Dr. Hans-Peter Raddatz:: “Von Allah zum Terror?”, p. 243).

Het is in het licht van deze handelwijze in het geheel niet verwonderlijk dat ook professor Hüsein Hatemi op 29 december 2001 de volstrekt juiste opmerking maakte:

 

“Er is geen mens in de Westerse wereld die de islam een grotere dienst heeft bewezen dan de paus!” (Johannes Paulus II).

 

De keerzijde van deze onderhorigheid aan de islam toont zich in een andere tendens: “Reeds in 1974 noemde de VN de leider van de PLO “Hoofd van de Palestijnse natie”, en paus Johannes Paulus II ontving hem (Yasser Arafat, 1929-2004: “Voor ons betekent vrede de vernietiging van Israël”) vaker dan welk westers “staatshoofd” dan ook. Sinds de VN-conferentie in Durban spreekt men van de “terreurstaat   Israël” en komt de worsteling om zijn bestaan steeds dichter bij de Holocaust.

 

Onder de indruk van het in Frankrijk bijzonder uitgesproken antisemitisme beschouwde de vroegere minister-president Rocard de stichting van de Jodenstaat als een ‘historische vergissing’” (Dr. Hans-Peter Raddatz)

 

Tot wat voor een wereldbeschouwelijk-theologische verblinding Johannes Paulus II, die men binnenkort heilig zal verklaren, gestegen was, toont de verkeerde uitspraak aan, die hij reeds op 21 september 1986 bij het angelus gebed in Rome deed:

 

“Iedere religie (dus ook de islam) leert de overwinning op het kwaad, het zich inzetten voor de gerechtigheid en de acceptatie van de ander. Deze gemeenschappelijke trouw aan de respectieve religieuze tradities is heden meer dan ooit een vereiste voor vrede.”

 

De katholieke kerk bleef sinds het Tweede Vaticaans Concilie geestelijk met de islam verbonden en hield tot nu toe in de opeenvolging van alle pausen steeds de verkeerde koers aan.

 

Op 1 mei 2011 werd Johannes Paulus II voor zijn misdaad tegen de christelijke geest door paus Benedictus XVI zalig verklaard. Ook werd hem door de huidige paus Franciscus binnenkort de heiligverklaring toegekend.

 

In het licht van de uitspraken van het Concilie en de paus is het consequent en in het geheel niet verwonderlijk, dat men in de studiegids van de Duitse bisschopsconferentie “Christenen en moslims in Duitsland” van 2003 kan lezen:

 

“Christendom en islam zijn twee verschillende toegangen tot dezelfde God.”

 

Kort en raak stelt Dr. Raddatz: “Wie een bijna tweeduizendjarige Godsidee en de daaruit moeizaam ontwikkelde voorstelling van de mensenrechten op de afvalhoop van de (heils)geschiedenis werpt, staat wijd open voor het opnemen van manipulatieve begrippen die geschikt zijn om de ´traditie´ van Europese gewelddadige systemen voort te zetten.”

 

En verder: “Zolang het nieuwe geloofsvoorschrift van de gemeenschappelijke God geldt, kan de convergentie van beide geloofsvormen zich voortzetten, waarbij het zeker om eenrichtingsverkeer gaat. De convergentie voltrekt zich onder geweldig grote veranderingen in de kerk bij een gelijkblijvende islam. In kerken worden korans uitgestald, maar in moskeeën liggen geen Bijbels. Het zijn christenen die de bouw van moskeeën in Europa eisen en er zijn geen moslims die de bouw van kerken in de Oriënt ondersteunen. Het zijn ´christenen´ die in Europese moskeeën ´bidden´ en moslims die in hun landen christenen doden.” (Dr. Hans-Peter Raddatz: “Von Allah zum Terror?”, p. 241 en 239).

 

De blinde vlek in de kennis van beide grote kerken tegenover een fascistische ideologie is geen nieuw fenomeen in onze tijd. Niet alleen tegenover de fascistoïde politieke religie islam, maar evenzeer verblind spraken de christelijke bisschoppen zich precies tachtig jaar geleden uit met betrekking tot het nationaalsocialisme. Het is een angstaanjagende parallel en een verbazingwekkende herhaling van wat zich in de kerken van toen en van nu afspeelde en weer afspeelt:

 

“Mei 1933 (sic) vermaanden de Beierse bisschoppen, dat men niet naar het scheidende en het verleden moest kijken, maar ‘naar wat ons verbindt’” (te vinden bij de jurist Gerhard Czermak). “Zoals het grootste deel van de katholieke en protestantse kerken in het Derde Rijk tot aan de catastrofale ‘Eindzege´ blind en star bleven, zo schijnt het nu ook weer te zijn. Voortdurend wordt over islamitische broeders, over monotheïsme, over dialoog en tolerantie geschreven en gepraat” (Marius Baar: “Zeitbomben der Weltgeschichte”, p, 124 en 103).

 

Als de satanisch kwade geest een bruin hemd aantrekt, of zich in het manteltje van een wereldreligie hult, wordt er blijkbaar van het kenvermogen van beide grote kerken en van de gehele Westelijke wereld teveel geëist.

 

Ook de opvolger van paus Johannes Paulus II schaart zich in het koor van onwetenden, zij die de islam niet begrepen hebben.

 

Nog voordat hij tot paus benoemd werd, zei kardinaal Joseph Aloisius Ratzinger in een uitvoerig gesprek met de journalist Peter Seewald, dat in 1996 als boek met de titel “Het Zout der aarde – christendom en katholieke kerk bij de millenniumwisseling” gepubliceerd werd, het volgende:

 

“De bommenterreur van extremistische moslims geeft heden de islam een steeds slechtere naam, en ook in Europa groeit de angst voor deze moordzuchtige fanatici.”

 

En vervolgens:

 

“Er bestaat een ´edele´ islam, zoals deze bijvoorbeeld door de koning van Marokko wordt belichaamd, en er is nu eenmaal de extremistische, terroristische islam, die men echter ook niet weer met de islam in zijn geheel mag identificeren, dan zou men deze in ieder geval onrecht doen.”

 

De latere paus Benedictus XVI onderscheidt dus de “edele islam” van het “islamisme”, respectievelijk “terrorisme”. Hij heeft dus net zoals zijn voorganger Johannes Paulus II, die na de terreurdaad in New York en Washington op 11 september 2001 tot “Respect voor de ‘authentieke’ (en dat betekent de vreedzame) islam” maande, niet begrepen. Er is blijkbaar geen sprake van gebrek aan kennis, maar van inzicht.

 

Het vaak gebruikte onderscheid tussen islam en islamisme, respectievelijk terrorisme, zoals dit ook door enige islamcritici wordt gebruikt en die mogelijk heel bewust door moslims zelf uitgevonden is, is onzin en een gevaarlijk bedrog. Ze is een politiek gewilde misleiding om ons de vreedzaamheid en vredelievendheid van de islam aan te kunnen praten. Met raffinement probeert men de “authentieke”, en dat betekent dan de eigenlijke en vreedzame islam, te scheiden van de gewelddadige, de vermeend politiek misbruikte islam, die men dan ook anders aanduidt en islamisme of terrorisme noemt.

 

De in 1946 in India geboren en islam afvallige islamcriticus, die onder het pseudoniem Ibn Warraq in de openbaarheid treedt, heeft de ware kennis en instelling, die de pausen ontbreekt, als hij schrijft:

 

“De islam is een totalitaire ideologie, die erop gericht is het religieuze, het sociale en het politieke leven van de mensheid in al zijn aspecten te beheersen … Ik accepteer niet de enigszins onechte onderscheiding tussen islam en ´islamistisch fundamentalisme´ of ´islamistisch terrorisme´.”

 

En de Turkse minister-president Erdoğan heeft zoals bekend kort en bondig het volgende gezegd:

 

“Er bestaat geen gematigde of niet-gematigde islam. Islam is islam en dat is ‘t.”

 

Het feit dat Mohammed, het voorbeeld voor alle moslims, de eerste terrorist in de islam was, kan paus Benedictus, die toch algemeen als geleerd geldt, duidelijk niet inzien, en dat iedere gelovige moslim een potentiële terrorist is, wil hij niet toegeven.

 

Verontschuldigend wordt vaak geargumenteerd dat paus Benedictus XVI de islam heel goed kent en begrijpt, maar dat hij met het oog op bloedige reacties de waarheid niet kan uitspreken.  Deze argumentatie was niet van toepassing toen hij kardinaal was, en als paus mag hij geenszins, en dat geldt onbeperkt, de waarheid, als hij het ware inzicht heeft, niet verloochenen en zijn kerk zo schandelijk verraden.

 

Wie geen kennis bezit is in ieder geval dom, wie haar weigert, handelt in hoge mate onverantwoordelijk, wie de waarheid echter kent en haar loochent, is een misdadiger.

 

Als Benedictus XVI in zijn Regensburger voordracht op 12 september 2006 de Byzantijnse keizer Manuel II Paleologos niet slechts geciteerd, maar eraan toegevoegd zou hebben dat deze uitspraak over Mohammed overeenkomt met de historische feiten en dat dit ook zijn mening was, dan was dat een moedige stap op de weg naar de waarheid geweest.

 

Deze moedige stap heeft hij echter niet gezet, maar integendeel in opmerkingen bij zijn Regensburger rede onder andere het volgende geformuleerd en gepubliceerd:

 

Dit citaat is in de islamitische wereld helaas als uitdrukking van mijn eigen positie opgevat en heeft zo begrijpelijkerwijs opwinding veroorzaakt. Ik hoop dat de lezer van mijn tekst dadelijk kan zien, dat deze zin niet mijn eigen houding uitdrukt tegenover de koran, waarvoor ik de eerbied voel die het heilige boek van een grote religie toekomt.”

 

Als hij de koran gekend en de islam begrepen had, dan had hij uit het “Heilige Boek” kunnen halen en ervaren dat de moslims de permanente strijd tegen de ongelovigen, waartoe ook de christenen behoren, door Allah opgedragen wordt, zowel de strijd met het wapen in de hand, dat door het Arabische woord “qital” uitgedrukt wordt, alsook de strijd met een totale inzet van tijd, kracht, geld en leven voor de zaak van Allah, wat door de Arabische term “Jihad” wordt uitgedrukt.

 

“De strijd met het wapen (qital) is voor u (moslims) voorgeschreven, ook al staat deze u tegen”, zo lezen we in soera 2, vers 216.

 

Ongetwijfeld zijn deze uitspraken in de koran, die paus Benedictus XVI moet kennen,  tenslotte de reden en oorzaak van de radicale verschijningen van de islam en van de islamitische terreur van onze dagen. Ook de aanspraak op wereldmacht, zoals deze tegenwoordig weer bijzonder luid wordt, berust op de uitspraak van Mohammed, dat hij van Allah, en met hem alle moslims die hem opvolgen, aangewezen werd de mensen te bestrijden totdat ze allen moslims zouden zijn geworden, of zich aan de islam onderworpen zouden hebben.

 

Het is juist en in feite zo, zoals een ons bekende islamgeleerde, met de diepste kennis en bevestiging van zijn geloof, meedeelt:

 

“De islam is geen normale religie zoals de andere religies in de wereld, en islamitische naties zijn ook geen normale naties, islamitische naties zijn iets heel bijzonders, daar zij een bevel van Allah hebben gekregen om over de gehele wereld te heersen en boven elke andere natie in de wereld te staan.”

 

Dat zegt in ieder geval Mawlana Abu I-Ala Mawdudi (1903-1979), een van de bekendste islamgeleerden, die door de “gehele islamitische wereld als een leider wordt beschouwd, die men zich in de gehele geschiedenis door nog zal herinneren”, zoals professor Mark A. Gabriel in zijn boek “Islam en Terrorisme” op p. 105 schrijft.

 

Tegenwoordige bedrijven de pausen, en met hen de katholieke kerk, hetzelfde verraad van het christendom en zijn gelovigen zoals ze toentertijd in het Derde Rijk hebben gedaan. Werkelijkheidsresistent en kennisblind verbinden ze zich zoals toen met hun doodsvijand en voeren hun gelovigen op een dwaalweg en naar de ondergang.

 

Voor zijn inspanningen en het tot stand komen van het Concordaat op 20 juli 1933 verkreeg Adolf Hitler de Christus Orde, de hoogste pauselijke onderscheiding voor staatslieden (Marius Baar: “Zeitbomben der Weltgeschichte”, p. 99).

 

De God tot wie de paus bidt en die volgens de aanwijzingen van het Tweede Vaticaans Concilie aan Allah identiek is, heeft in soera 3 van de “heilige, eerbied eisende koran” zijn afgezant opgedragen het volgende te verkondigen:

 

“Zeg de ongelovigen (waartoe ook de paus alsmede de katholieken behoren): Gij zult overwonnen en in de hel gestoten worden en daar een onzalige ligplaats hebben (soera 3, vers 13, vlgs. Ludwig Ullmann. EB, in mijn koran: “Zeg tot de ongelovigen: “Gij zult worden terneergeslagen en in de hel worden verzameld, dit is een kwade rustplaats”)

 

Zou in het licht van dergelijke uitspraken in de koran een paus ook niet scherp horend worden en bereid zijn te luisteren naar wat vooraanstaande islamgeleerden zeggen en wat bijvoorbeeld de decaan voor koranstudies aan de Islamitische Universiteit van Gaza, Dr. Subhi Al-Yaziji in het interview zegt, dat op 25 mei 2012 door Al-Aqsa TV uitgezonden werd:

 

“De verovering van Andalusië (Spanje) is een oude droom, iets waarop alle moslims met grote vurigheid hopen en ook verder in de toekomst zullen hopen. Onze verwachtingen gaan veel verder – wij willen de vlag van het kalifaat boven het Vaticaan laten wapperen, want dat is ‘Rome’ van de belofte waarover Mohammed spreekt: ‘Gij zult Constantinopel veroveren en daarna Rome’.”

 

Als men de islamisering van Europa in een historisch kader plaatst, dan is te zien dat na de kleine golven, die in de vorm van het communisme en het nationaalsocialisme de wereld binnen drongen, nu een nog machtiger en gevaarlijker golf van barbaarse aard over Europa en de gehele wereld spoelt. Na de de mensheid omvattende heilsideeën van de “proletarische klasse” en het de mensheid veredelende “Arische ras” treedt nu het visioen van de “islamitische oemma” als het heil en doel van de mensheid op de voorgrond.

 

Eens wilde Hitler de wereld beheersen en eerst het Jodendom en daarna het christendom uitwissen.

 

Hij beschouwde het christendom als loot van het Jodendom en beweerde:

 

“Dat alles is toch alleen maar dezelfde joodse zwendel.”

 

De islam wordt tegenwoordig sterker en met de aan Hitler gelijke barbaarsheid moet nu in het kader van de islamisering eerst Israël en dan het christendom vernietigd en het Westen beheerst worden.

 

Het einddoel is en blijft echter de mensheid Allahs wet, de sharia, op te dringen om ‘vrede’ voor alle mensen en voor alle tijden te bewerkstelligen en dat betekent, dat de mensheid tot de islamitische oemma met een kalief als plaatsvervanger van Allah op de aarde gevormd moet worden, zoals het in de kiem in het zogenaamde “Medina model” aanwezig is.

 

Men zou toch van een paus kunnen verwachten, dat hij zich informeert en de eenvoudige waarheid over de islam, waarin de absoluutheideis van een fascistoïde almachtsideologie reeds in de kiem aanwezig is, zou kennen. Ook als die kennis de geestelijke horizon van de paus te boven gaat, is en blijft het een feit, dat zowel de geweldsdreiging alsook de toepassing van geweld in het wezen van de islam gegrond zijn en van Allah en zijn gewillige uitvoerder Mohammed afstammen. Terreur en geweld zijn gegrond in de koran, waarover de Franse filosoof en schrijver Voltaire met duidelijk inzicht zei:

 

“De koran leert angst, haat, verachting voor anderen, moord als legitiem middel ter verbreiding en tot het behoud van deze satansleer, hij spreekt slecht over vrouwen, plaatst mensen in klassen, eist bloed en steeds weer bloed.”

 

En de uit de islam getreden Berlijnse auteur Zafer Senocak, die in 1961 in Turkije werd geboren en sinds 1970 in Duitsland leeft, schrijft over de koran:

 

“Ook als de meeste moslims en niet-moslims (toevoeging van de auteur van dit artikel) het niet willen erkennen, dat terreur uit het hart van de islam komt, komt deze toch direct uit de koran voort. Hij richt zich tegen allen die niet volgens de regels van de koran leven en handelen, dus tegen democraten, westers geïnspireerde denkers en wetenschappers, tegen agnosten en atheïsten. En hij richt zich vooral tegen vrouwen. Hij is het handwerk van het mannenverbond dat de islam is, dat met alle macht zou willen verhinderen, dat vrouwen gelijkberechtigd zouden worden en dat hun eeuwenlange onderdrukking zou eindigen.”

 

Het is nauwelijks te geloven, maar hier is toch sprake van dezelfde koran, die paus Johannes Paulus II, die door Benedictus XVI zalig werd verklaard en binnenkort door de nieuwe paus Franciscus heilig zal worden verklaard, in deemoed zo innig kuste. Ook paus Benedictus XVI voelt tegenover de koran “de eerbied, die het heilige boek van een grote religie toekomt”, en hij dwong de publicatie van de “drie heilige boeken van de monotheïstische godsdiensten” af, waartoe natuurlijk ook de koran behoorde.

 

Dat pausen het gemakkelijk te doorziene maakwerk van een kamelenhandelaar uit de Arabische woestijn voor een ware Godsopenbaring houden, die de eeuwige en absolute waarheid zou bevatten en voor alle mensen tijdloos geldig zou zijn, is ronduit belachelijke waanzin. Al meer dan duizend jaar wordt de mensheid door een analfabeet uit de Arabische woestijn voor de gek gehouden, die zijn pathologische toestanden tot door god geïnspireerde openbaringen opblies en het daaraan vereiste geloof met het zwaard afdwong.

 

Johan Gottfried Herder (1744-1803) is in ieder geval niet in deze zwendel getrapt en heeft wat de koran betreft reeds meer dan tweehonderd jaar geleden de ware toedracht duidelijk doorzien en in zijn geschrift uit 1786 “Ideen zur Philosophie der Geschichte der Menschheit” treffend geformuleerd:

 

 “Zijn (Mohammeds) Koran, dit merkwaardige mengsel van dichtkunst, welsprekendheid, onwetendheid, slimheid en aanmatiging, is een spiegel van zijn ziel, die zijn gaven en tekorten, zijn neigingen en fouten, het zelfbedrog en de noodhulp, waarmee hij zichzelf en anderen misleidde, helderder dan enig andere koran (EB: koran=recitering) van een profeet laat zien.”

 

Tot een gelijke beoordeling kwam  meer dan duizend jaar geleden Al-Razi (ca. 865-925 n.Chr.), die als een van de grootste denkers van de islam geldt. Hij formuleerde zijn oordeel zelfs nog radicaler en vatte dat in de volgende woorden samen:

 

“De koran is echter niets anders dan een bevreemdende mengelmoes van absurde en onsamenhangende fabels, die als te belachelijk voor onnavolgbaar wordt gehouden, waarbij in feite zijn taal, zijn stijl en zijn veelgeroemde ´welsprekendheid´ geheel en al niet correct zijn” (In: Ibn Warraq, “Warum ich kein Muslim bin”; p. 369).

 

Het christelijke Avondland staat op het punt door een blinde vlek in de kennis en ideologische verblinding te gronde te gaan. De vraag is niet, in het licht van de geborneerdheid en naïviteit van de ongelovigen, waartoe naast de politici ook de kerkleiders gerekend moeten worden, of Europa islamitisch wordt, maar wanneer het zover is.

 

Waarmee men te maken krijgt wat betreft de islam, werd door Dr. Hans-Peter Raddatz treffend geformuleerd:

 

“In geen andere cultuur, laat staan in enige religie, is de codificatie van moord, roof, slavernij en schattingsafpersing (EB: jizya) religieuze plicht. In geen andere religie is de gesanctioneerde legitimatie van geweld als de wil van God tegenover anders gelovigen aan te treffen, zoals die door de islam als integraal bestanddeel van haar ideologie in de koran gecodificeerd en in de historische praktijk bevestigd is. Ten slotte is er geen enkele stichter van enige religie wiens voorbeeldwerking oorlogsvoering omvatte, noch het in opdracht liquideren van tegenstanders, zoals dat bij Mohammed daarentegen wel het geval was.

 

(Dr. Hans-Peter Raddatz: “Von Allah zum Terror?”, p. 71).

Bron:

http://europenews.dk/de/node/70079

.

Mijn besluit?
Dat woord en wederwoord het begin is va de Wijsheid. Zoiets us alleen mogelijk in een vrije wereld, tussen vrije mensen. Wat nog altijd niets wegneemt van de wezenlijke verschillen : de Joods-Christelijke Beschaving is doorheen de eeuwen het fundament (geweest) van onze welvaart.
Maar ik kan mij vergissen….
Ik voel me net als in een les caninologie, voor beginnelingen, waar duidelijk uitgelegd werd, dat een zachtaardige Labrador blinde-geleidehond en een woeste opgefokte Dobberman twee onder-rassen zijn van dezelfde gedomesticeerde wolfshond, die in niets van elkaar verschillen. U kunt gerust de hand uitsteken naar alle twee. De ene zal zich laten  strelen en U vriendelijk bezien met zijn trouwe honden-ogen. De andere zal U opvreten met huid en haar. Als het een lMoslim-Dobberbeest is, zal hij daarenboven al Uw eigendommen wegslepen en Uw vrouw toevoegen aan zijn harem. Maar gelijk hebben ze : het zijn alle twee vertegenwoordigers van het hondenras.

Geschreven door AABEE via Digitalia





 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten