vrijdag 17 februari 2012

654 HOE DE WERELD VERANDERT

.
.

.




De verstedelijking is bijna compleet! Onze dorpen lopen niet leeg, ze zijn leeg : alles en iedereen is naar de steden en naar de blinkende grootwarenhuizen. Daar zijn ‘glijdende uren’ om te ‘shoppen’ naar ieders godsvrucht en vermogen. Men vindt er alles onder één en hetzelfde dak : van schoeisel tot hoeden en alles wat voor mens en dier daar tussen zit, zowel voor inwendig ver- als voor uitwendig ge-bruik. De ambachten zijn uitgestorven en de laatste fossielen verkommeren in de rusthuizen. Noch bakkers, noch beenhouwers, noch kruidenierswinkels meer in de dorpen. Alleen sporadisch hier en daar onder de kerktoren nog een café. Met hier en daar nog ’n koppige textielwinkel, die met dode ogen probeert de voorbijganger te verlokken. Nog een geluk (!) dat er op weekdagen af en toe nog eens ’n begrafenis is, anders komt er ook geen volk meer naar de kerk, waar de diensten trouwens al geruime tijd verzorgd worden door de gepensioneerde fröbel-onderwijzeres.

O Ja! Nachtwinkels zijn er bijgekomen, naast internet-cafés en telefoonwinkels, waar geen Ambtenaar zich waagt. Naar het weekeinde toe lopen de meeste huizen leeg voor het Vrijdaggebed en komen uit alle richtingen lijk stromen mieren de nieuwe mannen op straat bijeen. Om samen weg te schuiven in een leegstaand fabriekspand waar vroeger luxe-wagens werden verkocht en hersteld. Wat er gebeurt in zo’n moskeet over een Heilige Oorlog is strikt voorbehouden aan Gelovige Muzelmannen. Want er is geen kat die hun varkenskoptaaltje begrijpt. Hun vrouwen blijven geduldig en onderworpen thuis om te zorgen om ’s mans onderbuikse lasten om te zetten in dito lusten, onderwijl te zorgen voor de kinderen en voor het eten, zoals Allah en hun Meester dat willen.

De kerkhoven rond de dorpskerk, hij die waakt en schouwt over ’t dorpje droomverloren kronkelend aan zijn voet gebouwd, waar hele generaties dorpsgenoten lagen te genieten van hun laatste rustplaats, zijn (lege) asfalt-parkings geworden. Want de generatie die, uit zin voor ruimtelijke planning, de begraafplaatsen hebben doen ruimen, liggen op hun beurt ergens ongezellig naast elkaar bijeen op ’n verzamelplaats ver buiten het dorp, waar ze niemand nog storen, nog door niemand gestoord worden. Niet door ’n kruis op hun graf, niet door het verstild deelnemen aan het dorpsleven. In al die gevallen, is ‘back to nature’ helemaal op z’n plaats : tussen de graven spelen de wilde konijntjes, en in de open lucht tiereliert het vogelendom. Tenzij ook daar uiteindelijk Gods water over Gods akker loopt.

Er zijn dus geen dorpsroddels meer die de moeite waard zijn, en de weetjes in de steden zijn beperkt tot gefluisterde mededelingen onder elkaar over inbraken, overvallen, messteken, vechtpartijen en berovingen. Het is weliswaar meestal, net zoals vroeger, ‘van horen zeggen’, maar het is in ieder geval betrouwbaarder dan de radio, de TV en de gazetten.

In de steden hokt men meestal samen aan de rand, naast de invalswegen, in reusachtige rechtop staande schoendozen van glas, staal en beton waar men met moeite elkaars buren weerskanten kent en niet eens meer weet waar die bonte bende opgroeiende heen-en-weer kinderen thuis horen bij welke vader en welke moeder, of omgekeerd. Gesluierde figuren duiken mensenschuw weg in de trapzalen van elke blok en stappen wegkijkende over liggende lichamen die hun roes uitslapen. Er wordt niet eens meer omgezien, als de ambulance, onder politie-bescherming, met schelle dong-ding voor de zoveelste keer de binnenkoer komt opgedraaid.

De ‘maakbare maatschappij’ is vlees geworden. Vruchtbare akkers zijn ‘aan de zee terug gegeven’, of zijn via onteigening nu ‘natuurgebieden’ geworden. Die vragen geen van beiden nog zweet en zijn dus nutteloos geworden. Is ook niet nodig, want per dag komen in de havens tientallen container-schepen aan, die genoeg levensmiddelen en van alles aanvoeren om de helft van Europa te voederen. Geen mens die weet hoe een wuivend korenveld er ooit heeft uitgezien, of die zich nog de geur en de geluiden herinnert die U overvielen bij het betreden van een boerenerf. Geen blaffende bandhond meer, geen kakelende kip of statig wegschrijdende troep ganzen…De hofsteden zijn netjes ‘gerestaureerd’ en en camera-bewaakt. Exact op de plaats van de vroegere mestvaalt tussen het woonhuis en de stallen, in dezelfde afzink, ligt nu het blauwe verwarmd openlucht-zwembad. De vroegere varkensstal is nu badhuis met zonnebank(en), jacuzzi en Finse sauna. Alles met gedempte indirecte verlichting en airconditioning. Het geheel is vanzelfsprekend – voortgaande op het opschrift onder de inrijpoort - de eigendom van een blinkende buitenlandse naamloze immobiliëngroep, maar is wel bewoond door een familie van ‘aparatchiks’ uit het kleurenpalet der politieke partijen die het opperbest doen in de achterkamertjes van de macht.

Meer en meer trekken haveloze roversbenden uit de vroegere Oostbloklanden door het land. Overal in de straten dwalen bedelaars, of ze hurken tegen de muur in de beschutting van een trappenhuis. Vroeger vond men ze tegen de kerkmuren, maar nu zouden ze daar verhongeren, want er komt geen mens meer in die omgeving. Omdat ze hoopten op de solidariteit van hun landgenoten, en aldus beter zouden oogsten, droegen sommigen ooit een bordje met hun identiteit. Eigen volk eerst, weet U! Maar, net als in de dierenwereld, werd hen dat dikwijls fataal, omdat ze vaak de eerste slachtoffers werden van messteken om ongestraft door beroepsgenoten te worden beroofd. Alhoewel zelfs de ratten elkaar beschermen, drijft de honger hen toch dikwijls tot wanhoop.

Het is dus de politiek correcte pers ook opgevallen : net nu het te laat is, mag over dit probleem geschreven worden. Zie hieronder. Maar wat er aan moet gedaan worden : daar hebben zij het raden naar.

We kunnen er met zijn allen, om te beginnen, iets aan doen, door de kleurpartijen in het stemhokje te laten vallen als gloeiende bakstenen. Willen we straks niet, meegezogen in het moeras door het failliete en werkonwillige Wallonië, de weg opgaan van Griekenland, dan moeten zij van de macht worden weg gehouden. Nu is het – op ’t nippertje – nog mogelijk het nodige te doen om geen brandende steden te hebben en om de burgeroorlog te vermijden. Gisteren zag ik op de NL televisie een oud vrouwtje, dat op een der mooiste eilanden van Griekenland, zichzelf in leven probeerde te houden, door de op het veld de achtergelaten olijven te verzamelen om deze te verkopen. Zij deed dat lastig en moeilijk, door middel van een soort veeg-machine vooruit te duwen lijk wij die kennen om onze gazons te vegen….Wat ze daarmee verdiende, wilde ze niet zeggen (het mens reageerde nog in Drahme’s), maar voortgaande op de prijs van olijven in de Zuiderse landen, zal het nog minder dan niets zijn geweest.

Weet U, als wij in de oorlogsjaren, ons Ma met ons allemaal, de klein mannen, op de kale graanvelden van de boer mochten gaan ‘zanten’ (=korenaren lezen, de achtergebleven korenaren lopen te verzamelen op de stoppelveden), dan wisten wij als kind niet dat zoiets uit armoede gebeurde. Wij hielden er alleen kapotte bloedende enkels aan over en bloedende voeten in onze klompen. Maar ons Ma kende de weg om daarvan brood te maken. Maar brood maken van gevallen en half verrotte olijven? Dat zie ik nog niet zo goed gebeuren.

Nu hoop ik, dat deze, mijn ‘eye opener’ op ons toekomstig leven in de Multi-culti maatschappij, de mensen zal doen nadenken. Zeker, de geschetste ‘slechte tijd’ is nog niet onmiddellijk daar, dat is juist. Maar op de Titanic speelde het orkest ook, net zoals op de Costa Concordia het vreten en zuipen doorging, tot het schip voorgoed naar de kelder ging.

Op 14 oktober 2012 kunnen wij, de bemanning van de ‘Belgica’ de juiste signalen sturen naar de brug, waar de commando’s worden uitgedeeld. Met zo’n wrakken-kapiteins als nu loopt niet alleen het schip te pletter, maar gaan we met z’n allen mee de dieperik in. Er moet een nieuwe vlag komen, en er moet een nieuwe koers worden uitgezet. De ‘Belgica’ kan eindelijk naar het sloopdok!

Onze vlag is de Klauwende Leeuw op gouden veld en onze koers, de enige juiste, is Noordwaarts, waar de welvaart en het welzijn uit vroeger eeuwen op ons wachten!

-----------------------


.






40 bakkerijen over te nemen in West-Vlaanderen
woensdag 15 februari 2012 om 16u09 Krant van West Vlaanderen
Brugge - MET VIDEO - Terwijl de bakkersopleidingen in de lift zitten, sluiten steeds meer zelfstandige bakkers de deur. Het is tegenwoordig niet zo vanzelfsprekend om een bakkerij over te laten want heel wat afgestudeerde bakkers kiezen voor een vaste job bij een industriële bakkerij. In West-Vlaanderen zijn er vandaag zo’n 40 bakkerijen over te nemen.

Meer dan 400 leerlingen volgen in Ter Groene Poorte in Brugge een bakkersopleiding. Dat is een stijging van 10 % in vergelijking met vorig jaar. Brugge is de grootste bakkersschool maar ook de andere West-Vlaamse opleidingen doen het goed. En toch staan er in West-Vlaanderen heel wat bakkerijen over te nemen. Want als zelfstandig bakker moet je er wel wat voor over hebben. Je hebt weinig vrije tijd, je moet ’s nachts opstaan, en je winkel moet dan ook nog goed draaien.
Over te nemen
West-Vlaanderen telt volgens de beroepsorganisatie nog zo’n 800 zelfstandige bakkers. Al heel wat dorpen moeten het stellen zonder
-------------------
Diagonaal herlezen
’t Zal er weer gaan tegenzitten, denk ik! Heb hierboven het woord ‘verstedelijking’ gebruikt, en waarschijnlijk (dat zou ik bij gelegenheid eens moeten opzoeken), niet in een al te beste context. Hun eigen schuld!
Één enkel voorbeeld mag volstaan : Jansenville s/Escaut. Ik weet niet wat en wie er eerst was; de haven of de stad, maar het is een feit dat iedereen, sedert de uitvinding van het wiel, al jaren sukkelt om daar voorbij te komen. M.a.w. wie in of voorbij Antwerpen moet, geraakt daar zelfs al stilstaand niet meer.
Allemaal de schuld van die verdomde container-aanvoer. En nu er eindelijk goed nieuws is, dat dank zij de vele syndicale acties deze voor 70% uitwijkt naar Rotterdam en Hamburg, is het weer niet goed!
Kijk, in Bommerskonte, Zoutenaaie of Neeroeteren bestaan zo geen problemen. En hoort U die mensen daarover klagen? Zij hebben leren leven met zonder haventrafiek en dus zie ik niet in waarom die van Antwerpen daarover zouden kabaal maken. Integendeel, mensen als Rode Rudy zou men in Antwerpen in een gouden koets moeten rondvoeren : dank zij de loodsen-syndicaten zal het beroep van ‘uitkerings gerechtigde werkloze’ op een hoger en breder uitgesmeerd niveau getild worden! En als het boeltje dan eindelijk helemaal ‘plat’ ligt, monsteren ze met z’n allen aan voor de Lange Omvaart.
Want zeg nu zelf (om Eu politiecorrect te blijven) : is de stad er voor Allah, of is Allah er voor de stad?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten